Dit platform heeft als doel de bouwfouten te vermijden, onderlinge details uit te wisselen en georganiseerd te bouwen. Om vervolgens na realisatie van het project vanuit het BIM model, het “onderhoud en nazorg” gecontroleerd uit te voeren. Er zijn verschillende fasen van LOD (Level of Development) die de communicatie binnen een bouwproject verbeteren. Dankzij het aanstellen van een BIM manager per project worden afspraken éénduidig vastgelegd en daadwerkelijk uitgevoerd. Goede communicatie is hierbij cruciaal!

Met een project ‘uit de praktijk’ proberen we de verschillende fasen in BIM, zowel  theoretisch als toegepast voor te stellen:  Via ons zusterbedrijf “Schellekens & Schellekens®” werd het BIM project “Pontsteiger” in Amsterdam voorzien van “ProScreen ZIP® 95” buitenzonweringen in geprefabriceerde gevelpanelen. 

                         

 
  • Opdrachtgever: De Principaal/De Key, BB De Dijk (Rabo Bouwfonds/Ymere) en Delta Forte/Rochdale
  • Aannemer: Bouwcombinatie Pontsteiger  - Dura Vermeer / De Nijs
  • Architect: Arons & Gelauff Architecten
  • Installaties: Hiensch Engineering
  • Bouwfysica:  DPA Cauberg Huygen
  • Constructie:  Van Rossum     
  • Beton:  Hibex
  • Screens:  Schellekens & Schellekens

Schermen werden geproduceerd op maat vanuit het BIM model. Het woongebouw Pontsteiger gelegen in de Amsterdamse Houthavens is winnaar van internationale open BIM Award 2018 “building SMART” categorie Construction  (Tokyo)

Bij een BIM-project zijn er verschillende termen die vaak terugkomen: level of development, level of detail en level of information. Termen bedacht om de communicatie binnen een BIM-project beter te laten verlopen. Het gewenste LOD lijkt misschien op een simpel getal, maar de interpretatie ervan heeft veel invloed op de grootte van een model en de hoeveelheid werk van de BIM modelleurs. Het ontwikkelings niveau kan het best worden uitgelegd als de mate van betrouwbaarheid van het model.

Het is de mate waarin de geometrie van een element en de bijbehorende (niet-grafische) informatie is doordacht. Hoe hoger het ontwikkelingsniveau, hoe meer men op het model kan vertrouwen en er meer tijd moet in steken voor detaillering en afspraken. Merk op dat LOD niets zegt over de benodigde hoeveelheid informatie en dat zowel grafische als niet-grafische informatie bijdraagt aan “betrouwbaarheid” van een model.

    Kort overzicht verschillende LOD-niveaus:

    • LOD 100 beschrijft een massa. Dit is ongeveer te vergelijken met een Schets Ontwerp.
    • LOD 200 is een functionele uitwerking, maar is niet materiaalafhankelijk. Er is dan bijvoorbeeld nog niet aangegeven of een schrijnwerk in kunststof of hout wordt toegepast.
    • LOD 300 staat voor onderdelen die uitgewerkt zijn en die de omschrijving van materialen bevatten.
    • LOD 350 is een tussenstap die bij sommige projecten wordt toegepast om informatie toe te voegen voor de partners in de uitvoering.
    • LOD 400 bevat fabrikant specifieke informatie.
    • LOD 500 is het revisiemodel dat gebruikt kan worden bij beheer en onderhoud.

    In het Belgisch BIM-protocol onderscheidt men 4 hoofdfasen nl. programmafase, ontwerpfase (op haar beurt uitgesplitst in voorontwerp en definitief ontwerp), uitvoeringsfase (ook op haar beurt uitgesplitst in werkvoorbereiding en bouw) en de exploitatiefase.

    In het Nationaal BIM-handboek in Nederland hanteert men 7 niveaus.

     

    Pre-modelling

    In deze fase wordt een overzicht met functionele wensen van de opdrachtgever opgesteld.

    LOD 100 - Conceptueel ontwerp

    Op dit niveau worden elementen niet geometrisch weergegeven: de exacte locatie, vorm of grootte van een element kan niet worden afgeleid uit het model. In plaats daarvan worden elementen weergegeven met symbolen of een andere generieke representatie. Van daaruit worden dan mogelijke scenario’s en ontwerpvarianten opgesteld. Bij elk scenario, moet het BIM-model volgende zaken toelaten:

    • Visueel inzicht – alle ruimtes moeten apart gemodelleerd worden en mogen elkaar niet doorsnijden
    • Toetsing functionele wensen
    • Energieanalyses
    • Raming conform niv.3 element-clusters NEN2699

    LOD 200 - Ontwerpontwikkeling

    Volgens de specificatie van het BIM Forum zijn elementen op LOD 200 vertegenwoordigd met generieke modellen. De grootte en vorm van elementen en systemen worden bij benadering getoond. Op dit niveau krijgt het team een idee van de vorm en inrichting. Het begint als er een consensus is m.b.t. één scenario dat gerealiseerd zal worden. Voor dit ene scenario worden de ruimtes nader uitgewerkt met objecten zoals wanden, vloeren, deuren en ramen. Het BIM model moet volgende zaken toelaten:

    • Bepalen open/dicht verhouding gevels
    • Bepalen van een efficiënte plattegrond
    • Bepalen van de routing van installaties
    • Bepalen van zoneringen (brand en technische installaties)
    • Bepalen van de constructie principes
    • Bepalen van de bouwmethodiek
    • Budgettering conform niv.4 elementen NEN2699

    LOD 300 - Documentatie

    Op dit punt bevat het model informatie over de grootte, vorm, locatie, oriëntatie en hoeveelheid van de elementen - en deze informatie kan direct vanuit het model worden gemeten. Het is niet nodig om de afmetingen op te zoeken in notities of call-outs. Afmetingen kunnen direct uit de geometrie worden afgeleid. Bij LOD 300 is het nulpunt van een project gedefinieerd en de locatie van elementen is nauwkeurig ten opzichte van dit nulpunt. Het model moet zijn definitieve vorm krijgen die klaar is voor het aanvragen van de nodige vergunningen en die als basis kan dienen voor een EPC berekening. Het BIM-model wordt voorbereid om gesplitst te worden in discipline modellen. D.w.z.:

    • Definitieve afmetingen en invulling constructie
    • Definitieve afmetingen en invulling van installaties
    • Begroting waarbij we vanuit de detaillering van tabel 1 van de BB-SfB (plus) invulling geven aan niv.5 van de NEN 2699, dat we componenten kunnen noemen

    Echter is dit onvoldoende als communicatie op de werkvloer. Een echt verbonden MEP workflow in het hele bouwproject, op basis van een Constructible Proces  in aansluiting met het BIM  model, dient voorhanden te zijn

    LOD 350 - Modelcoördinatie

    Voor modellering en coördinatie is LOD 350 vaak vereist. Op dit niveau zijn onderdelen die nodig zijn voor de coördinatie met andere bouwsystemen in het model opgenomen. Dit betekent dat de raakvlakken met andere gebouwsystemen grafisch worden weergegeven. In dit stadium worden bijvoorbeeld hangers opgenomen om te laten zien hoe een systeem met het plafond is verbonden, of op plaatsen waar een pijp een muur kruist, worden er wanduitsparingen verwerkt. Deze informatie kan al op de werf worden gebruikt, bijvoorbeeld om punten uit te zetten. Per discipline wordt het model verder opgewerkt en uitgesplitst in aspectmodellen zodat alle componenten bij leveranciers en onderaannemers ingekocht kunnen worden (werkvoorbereiding). Het BIM model kan fungeren als contractstuk tussen de diverse partners (zowel neven- als onderaannemers). Volgende zaken moeten doorgevoerd worden:

    • Alle objecten met losse componenten
    • Definitieve keuze werkmethodiek constructies (prefab, insitu)
    • Het model zoals het gebouwd zal worden (bouwvolgorde planning)
    • Alle componenten met juiste afmetingen en materialisatie
    • Calculatie op MAMO niveau via een apart ERP pakket o.b.v. input vanuit de diverse BIM-aspectmodellen

    LOD 400 - Klaar voor de bouw

    Op dit niveau is specifieke systeeminformatie aanwezig en zijn elementen gemodelleerd met de nodige details en precisie voor de fabricage van de onderdelen. Er is grafische en niet grafische informatie die gebruikt kan worden voor fabricage-, montage- en installatie-processen. Op dit punt kunnen prefab sheets en zaaglijsten via het model worden gegenereerd en kunnen componenten worden besteld. Een model op dit niveau is klaar voor constructie.

    Dit is de eigenlijke uitvoering on site. De diverse aspectmodellen moeten via digitale tools beschikbaar zijn voor de mensen on site. Een uitvoering zonder wijzigingen is helaas een utopie. Ook deze moeten uiteraard in het BIM model opgenomen worden. M.a.w. het verschil tussen een LOD350 en LOD400 zijn enkel de last minute wijzigingen. De financiële controle gebeurt best via werkgehelen met een link naar de detailplanning en het dagboek der werken (Earned Value Management).

    LOD 500 - Geverifieerd

    Als uw model wordt gebruikt voor facilitair management, wordt u waarschijnlijk gevraagd om uw systemen te modelleren op LOD 500. Dit niveau betekent dat de elementen in het model in het veld zijn geverifieerd. De afmetingen, locatie, hoeveelheid en oriëntatie van de HVAC-elementen of zonweringen zijn na oplevering in het gebouw zelf gecontroleerd. As-built modellen horen hiertussen. Merk op dat dit niet betekent dat de systemen meer informatie of details bevatten. Een LOD 500 model kan er hetzelfde uitzien als LOD 400. Het verschil is dat bij LOD 500 het model ter plaatse is geverifieerd en een “hoger” betrouwbaarheidsniveau heeft.

    In deze fase van het model worden de technische installaties definitief ingeregeld en het personeel dat de faciliteit gaat onderhouden, opgeleid. De diverse aspectmodellen worden onderworpen aan een laatste controle inzake afmetingen en materialisatie (as-built) en volgende zaken worden toegevoegd

    • Naam fabrikant
    • Technische fiche
    • Garantievoorwaarden
    • Onderhoudsvoorschriften

    Coördineer het modelleerwerk via een aangestelde BIM manager: installateurs profiteren van de voordelen op het gebied van clash detectie, visualisatie en rijke gegevens die deze modellen bieden. En de potentiële problemen voorkomen die hand in hand gaan met elk handmatig proces. Het fabricageproces van uw producten kan afgestemd worden op de data komende vanuit het BIM-model. Een prototype is aangewezen.

     

    Bronnen:

    http://nationaalbimhandboek.nl/onderwerpen/informatieniveaus/

    https://www.bimportal.be/nl/projecten/tc/publicaties-resultaten/belgisc…

    http://www.bouwdata.net/nieuwe-inzichten-en-ervaringen/informatieniveau…

    https://mep.trimble.com/nl/resources/blogs/lod-in-bim

    https://www.ribaplanofwork.com/

    Met dank aan alle betrokkene die de realisatie van dit BIM-project Pontsteiger mogelijk maakten, zodat wij ons konden baseren op aangereikte informatie of op eerder gepubliceerde artikelen om dit BIM-project voor te stellen.

    BIM-woordenboek: verklarende woordenlijst BIM-termen

    https://www.bimportal.be/nl/bim/woordenboek/

     

    Volgende LOD-niveaus zullen verder in theorie en met toepassing besproken worden op de website :

     

    De beschikbare BIM modellen van onze producten kunnen “project gerelateerd” opgevraagd worden via :

    sales@helioscreen.be